Ga naar inhoud

blije bakkus

Members
  • Aantal items

    223
  • Registratiedatum

  • Laatst bezocht

Alles dat geplaatst werd door blije bakkus

  1. Peasgood's Nonesuch
  2. Crimson Bramley misschien?
  3. Concorde: weinig ziektegevoelig, vruchtbaar en zelfbestuivend bovendien. Ideaal voor de hobbyteler. Bijkomend voordeel: je hebt een keer een ander smaakje dan de welbekende Conference of D. du Comice.
  4. Dat zou best wel eens kunnen kloppen! Heb je al een doorsnede van de appel gemaakt en vergeleken met deze? http://www.groendekor.com/productdetail.aspx?ID=7982f6c0-4794-4883-bd79-02e779d3c289
  5. Triomphe de Vienne (minder positieve eigenschappen van deze variëteit heb ik onderstreept) Gebruikstijd September tot begin oktober. Boom Middensterke groeikracht. Als jonge boom is de groei eerst redelijk sterk, later afnemend naar matige groei. Vormt een vrij brede boom met op latere leeftijd afhangende gesteltakken. Geschikt voor haag- en leivormen. Geschikt voor zaaling en Kwee-onderstam. Niet geschikt voor hoogstamvormen. Op Kwee A alleen met tussenstam te veredelen. Breed aanplantgebied, op lichte gronden is een hoge bemesting en watertoegift noodzakelijk. Vruchtbaarheid treedt vroeg op op Kwee-onderstam, wel beurtjaargevoelig. De vruchtbaarheid kan nogal willekeurig sterk wisselen. Bloei Laat, diploïde stuifmeel. Geeft vrij veel nabloei en is daardoor gevoelig voor bacterievuur. Bevruchters Beurré Hardy, Bonne Louise d`Avranches, Fondante de Charneu, Clapp`s Favourite, Super Trévoux, Conférence, Doyenné de Comice, Williams Bon Chrétien. Weerstandsvermogen Weinig vorstbestendig. Vatbaar voor bacterievuur, minder voor loodglans. Diversen Vruchtvlees is sappig, zoet, licht rins, soms iets gemuskeerd. Vruchten zijn groot tot zeer groot, lang peervormig. De kleur van de vrucht is geelgroen tot bronskleurig. De vruchten zijn goed van kwaliteit maar worden snel beurs. Ondanks de problemen met de vruchtzetting en onregelmatige dracht speelt dit ras nog steeds een rol in de beroepsteelt door zijn positie als kwalitatief goede late zomerpeer.
  6. @topicstarter: sorry voor mijn late reactie. Er is inderdaad nog een andere manier om te bepalen welke variëteit je hebt: een dwarsdoorsnede maken van het klokkenhuis. Dit levert een uniek plaatje op dat je kunt vergelijken met foto's van vastgelegde variëteiten op internet. Hier een voorbeeld van zo'n plaatje (klik op de link en vervolgens op het tabblad foto's): http://www.orangepippin.com/apples/lanes-prince-albert
  7. Zoete appelrassen zoals de Ermgaard hebben van nature een groeiwijze met hangende takken. Zwakke onderstammen zijn niet zo geschikt voor deze rassen omdat de takken dan de neiging hebben te verkalen en de vruchten worden te groot op zwakke onderstam. De Pinova heeft erg veel vruchten, waardoor de takken doorbuigen. Als je dit niet wilt kun je er voor kiezen de eerste paar jaar meer vruchtdunning toe te passen. Doe je dit niet dan zul je de boom moeten ondersteunen door er bijvoorbeeld een v-vormige tak onder te zetten vanaf augustus als de vruchten groter worden.
  8. Laxton's superb is een zomerpeer die erg populair was in de jaren zestig. Dit ras is verdwenen wegens de grote vatbaarheid voor perenvuur.
  9. Die appel lijkt wel wat op een Bellefleur.
  10. Fruithapje: Karmijn de Sonnaville wellicht?
  11. @persica: lichte kleigrond en vruchtbare zandgrond voldoen het beste voor de Sterappel. Op een zwakke onderstam zouden volgens sommigen de vruchten niet kleuren en rijp worden. Onderstam M9 wordt daarom afgeraden.Zelf heb ik overigens nooit problemen ondervonden met het rijpen op zwakke onderstam van de Sterappel. Persoonlijk ben ik trouwens niet zo gecharmeerd van de smaak van de Sterappel;deze is geparfumeerd en nogal droog. Het uiterlijk van de vrucht is natuurlijk wel heel mooi.
  12. @persica: er zijn thans geen varianten meer bekend van de Sterappel. In de dertiger jaren werd wel eens gesproken over een gestreepte variant, het advies was om hier geen enten van te nemen.
  13. @appelvrouw: op kleigrond zou ik geen Brabantse bellefleur planten inderdaad, deze is vooral geschikt voor zandgrond. Court pendu lijkt me beter geschikt.
  14. Brabantse bellefleur is de klassieke bestuiver voor de Sterappel. Dit was vroeger een vaste combinatie in de tijd van de hoogstamboomgaarden.
  15. Interessante keuze! Allereerst is het van belang om de onderstam vast te stellen. Halfstam zegt helaas niet veel over de gebruikte onderstam. Halfstam kan zowel zaailing als Kwee-onderstam zijn. Dit maakt een wereld van verschil in groeikracht, vorstbestendigheid, plantafstand, vruchtgrootte en schurftgevoeligheid. Noordhollandse Suikerpeer en Saint Remy zijn zeer sterke weerstandbiedende, sterk groeiende en vruchtbare variëteiten: je zult hier zeker goede resultaten mee halen. Comtesse de Paris is ook een sterke variëteit, echter deze rijpt meestal niet goed af in het Nederlandse klimaat. Daarom wordt deze vaak als leipeer gebruikt, zodat de vruchten meer warmte en beschutting krijgen om rijp te worden. Je zou Zwijndrechts Wijnpeer kunnen overwegen als alternatief voor Comtesse de Paris. Dat is ook een laatrijpende handpeer. Bonne Louise d' Avranches is een goede bestuiver en heeft mooie vruchten met een rode blos, maar is op zaailingonderstam nogal schurftgevoelig. De vruchten hebben beschutting en warmte nodig om goed op smaak te komen. Ook deze peer werd daarom in het verleden vaak gebruikt als leipeer en tegen een muur geplant. Concorde vind ik een goede keuze: vruchtbaar en weerstandbiedend. Verdi heb ik zelf geen ervaring mee helaas.
  16. Lijkt wel een Franse bellefleur (Bellefleur de France). Deze kan eind september geplukt worden. Check bladzijde 42 van deze uitgave: http://www.west-vlaanderen.be/kwaliteit/Leefomgeving/natuur/Documents/leefomgeving/natuur/brochure%20hoostamfruitbomen.pdf Hier een andere link: http://hoogstamboomgaard.be/franse%20belle%20fleur.html
  17. Zo zag Reine Claude Verte er twee weken geleden bij mij uit. Heb één foto met waslaag en één zonder waslaag gemaakt, zodat je de kleuren beter kunt zien. Wat mij altijd opvalt aan de R.C. Verte zijn de kleine rode spikkeltjes aan de bovenkant van de vrucht.
  18. Ik denk geen wilde pruim of sierpruim, maar gewoon Mirabelle de Nancy.
  19. Opal is een weinig veeleisende en sterke variëteit. Je moet wel heel veel moeite doen om deze aanplant niet te laten slagen. Een goede keuze dus!
  20. Dit lijkt op een st Remy. Dat is een stoofpeer. Het is nu nog iets te vroeg om ze te oogsten.
  21. @ Appelvrouw: het verschil tussen een R.C. Dorée, R.C. Verte en R.C. Crottée daar waag ik mij niet aan. R.C. Verte is min of meer soortecht uit zaad te vermeerderen, dus er bestaan talloze varianten van deze pruim en om het nog verwarrender te maken bestaat in elke streek van Nederland en België weer een andere naam voor deze pruim.
  22. Moet bijna wel een Bloedpeer zijn.
  23. @appelvrouw: ik bedoelde de laatste boom met die hangende takken en ovale roodpaarse pruimen, volgens mij is dat een Victoria. Ik heb een nieuwe Bakkus inderdaad, ik heb net een bevalling achter de rug dus ik vond het tijd voor een nieuwe avatar
  24. Op grond van jouw beschrijving prima grond voor perenbomen zo te horen fruithapje!
  25. Bosgrond kan van alles zijn dus dat zegt helaas niet zo veel. Hoe zit het met de structuur van de grond, de grondsoort (zand,klei) en de ontwatering? Betreft het grond die al lang in cultuur is of is het woeste grond met een dunne teeltlaag? Ik gok dat we het hier hebben over zandgrond gaat met een relatief dunne teeltlaag die moeilijk vocht vast houdt. Als de teeltlaag te dun is en de bodem is erg droog dan zullen de perenbomen het moeilijk krijgen. In dat geval kun je het beste perenbomen planten met een sterk groeiende zaailingonderstam. Dit zijn meestal hoogstambomen. Daarnaast is het aan te bevelen weerstandbiedende variëteiten te planten en de fijne rassen zoals bijvoorbeeld Doyenne du Comice te vermijden. Voorbeelden van weerstandbiedende sterkgroeiende rassen zijn: Noordhollandse Suikerpeer, Brederode, Winterrietpeer, IJsbout, Juttepeer, St Remy, Beurre de Merode en Pondspeer.
×
×
  • Nieuwe aanmaken...