permanatuurtuin

Beter niet mesten. Zeker niet in het plantgat mesten. Steenvruchten hebben graag wat kalk in de bodem. Ze kunnen wel op een lichtzure bodem staan, maar dat betekent niet dat je hierna moet streven als je een neutrale bodem hebt. Ik zou zeker geen dennennaalden... in het plantgat doen (tenzij) je op kalkgrond zit (ook niet nodig maar kan). Mulchen kan maar je wilt niet te veel voeding bij je boom. Verder zou het niet nodig moeten zijn. Op een zandgrond is mulchen altijd goed, omdat dit de bodem verbetert.

Ik heb geleerd dat het een ABC boom is en ik heb waargenomen dat hij in het voorjaar gaat bloeden als je hem snoeit (niet heel veel, maar je ziet water op de snoeiwond). Verder heb ik waargenomen dat mieren de neiging hebben het sap te tappen van jonge knoppen (bijten ze kapot / zuigen het sap op). Dat gezegd, hij lijkt er niet te veel van de verzwakken en gaat er zeker niet van dood als je hem in het voorjaar snoeit. Het algemeen advies is wel om na het plukken van de vruchten te snoeien. https://www.rhs.org.uk/advice/profile?PID=298 Betrouwbare bronnen zeggen niks over dat het niet zou kunnen. Ik zou het niet doen, omdat je dan veel bloemen misloopt. Ik denk wel dat het een ABC boom is, maar dat hij niet dood bloed. Kleine snoeiwonden zijn overigens zelden een probleem, dat geldt ook voor esdoorn (Acer), berk (Betula), walnoot (Juglans). Deze wonden dichten zich ook vanzelf. Ik moet wel zeggen dat ik de kwee op de foto niet te veel zou snoeien, omdat hij er juist prachtig uitziet.

Dat is een kwestie van smaak. Ik vind een monocultuur (allemaal dezelfde soort) juist niet erg aantrekkelijk. Het voedselbos vind ik juist ontspannend, want hierin bloeit steeds iets, er valt altijd iets te eten en er zullen veel meer dieren op afkomen. Te denken valt aan: vogels, vlinders, diverse bijen, kevers, muizen... Een dijk ervaar ik niet echt als aantrekkelijk, maar eerder storen, omdat ik deze met mensen associeer. Je kunt ook een stuk in bloemrijk grasland omvormen, hoewel het goed is om er een solitaire boom of struik in aan te planten. Dit is belangrijk voor bv. vlinders en vogels. Jammer dat je de iepen en elzen verwijdert hebt, want je had ze ook gewoon als hakhout kunnen beheren (waarschijnlijk in het verleden gedaan). Dit paste bij de boerderij. Dat gezegd je hoeft niet perse een traditioneel boerderij landschap te creëren. Het voedselbos past hier hoe dan ook niet in. Als je een voedselbos aanplant, dan kun je ook prima bamboes aanplanten (evt. met eetbare scheuten). De aanplant moet zo zijn dat je naar buiten gelokt wordt. Dus er moet iets te zien zijn waar je naartoe wilt gaan. Je zou dus een strook open kunnen houden, zodat je wel het uitzicht behoudt. In de strook zou ook een vijver of waterelement kunnen. Dit zou een flinke verrijking voor het voedselbos zijn. Dood hout is overigens heel waardevol om in het landschap te gebruiken. Dit zal het terrein helpen zich sneller te ontwikkelen. Het is in ieder geval zonde om alles te verbranden en afvoeren is hoe dan ook zonde.

Zeker niet snoeien. Het is een ABC boom. Hij gaat dan gegarandeerd bloeden. We zitten al te ver in het voorjaar. Je verzwakt je boom ermee (ga er vanuit dat je de boom niet kaal snoeit, want dan kan het dodelijk zijn). In de zomer of nadat je de vruchten geplukt hebt kan hij gesnoeid worden.

We hebben een relatief klein hok, maar een stal is groot. Verder heb ik gehoord dat het niet hoger dan 1,5 meter mag zijn. Wat het ook is, het moet hoe dan ook roerend zijn. Een echt goed varkenshok moet toch redelijk groot zijn en idealiter heb je er stroom (voor bijvoorbeeld een warmtelamp). We hebben geen stroom op het terrein. Ik had de kas een stal kunnen laten (was een koeienstal), maar de kas is zeker waardevoller.

Het voorjaar lijkt nu eindelijk van start. Januari was ook wel wat vroeg en door de warme januari maand is er toch wel wat schade hier en daar. De gekste winterharde soorten hebben schade. De krokussen waren ook wat te vroeg. Gelukkig lijkt de schade wel acceptabel. Het fruit heeft denk ik nog geen schade, want alle knoppen waren op zijn minst nog net toe (bv. Amandelen / een soort blauwe bes / 1 soort honingbes). Ik hoop dat we niet weer zo'n extreme vorst rond eind april krijgen. We gaan zaterdag en zondag zoveel mogelijk zaaien wat er gezaaid kan worden (erwten, tuinbonen, diverse kolen...). We hebben veel zaken uitgesteld vanwege het weer. Ik verwacht dat we nog vroeg genoeg de meeste zaken groot weten te krijgen. De moestuin is hopelijk dit jaar minder werk om klaar te maken. Over het hele perceel hebben we de repen en nog enkele grote vlakken worteldoek liggen. We hebben dit jaar in ieder geval veel minder onkruid (vorig jaar veel gras). Dat gezegd we hebben wel veel haagwinde en hier en daar nog wat kweek. We moeten kijken dat we dit zo goed mogelijk verwijderen. Door de strenge aanhoudende vorst zijn veel kolen doodgevroren. We moeten dus kijken hoeveel eigen koolzaden we kunnen verwachten. Uit de kas hebben we de ergste vorst weg weten te houden. De kiemlingen zijn er ook goed doorheen gekomen. Er komt al veel op en hopelijk gaat er nu nog meer kiemen, omdat het warmer wordt. We willen kijken om de erwten zoveel mogelijk ter plekke in te zaaien, omdat dit veel werk scheelt met uitplanten. Ik moet wel kijken dat dit realistisch is, want het is jammer wanneer alle zaden opgegraven zouden worden. Één Indische loopeend is een vrouwtje en legt inmiddels eieren. We hebben daarom 2 mannetjes al geslacht, want anders zou ze straks door 5 mannetjes gedekt worden. We hebben nog drie mannetje gehouden. Binnenkort eendeneieren gaan kopen. Verder willen we dit jaar in ieder geval één varken laten slachten en kijken of het niet slimmer is om ieder jaar een big te kopen. Dit zal niet goedkoper zijn, maar is wel voor de dieren fijner. De winters zijn heel nat op löss en dit lijkt een trend te worden. We kunnen op de locatie ook geen stal bouwen. De vorst was voor de varkens eigenlijk een fijne periode en de grond is toen gelukkig ook wat opgedroogd. We zijn nog bezig geweest met één peer te verwijderen (legipont / echt niet de moeite waard), 2 grote plantenbakken te realiseren, meer mediterrane plantenbakken (cementkuipen met een goed drainerende bodem) te plaatsen, afwatering van de kas te verbeteren en we hebben nog wat fruit en vaste groenten gekocht die geplant moeten worden.

Hij heeft wel degelijk mannelijke bloemen, want de vrouwelijke bloemen zijn nogal makkelijk te herkennen met de groene vruchtbeginsels. Deze vormt hij maar weinig in vergelijking met de mannelijke. Het is twijfelachtig of hij parthenocarp is, omdat er zaadjes in zitten. Vitikiwi is echt parthenocarp, want deze kan zaadloze vruchten opleveren. Het is wel een andere verhaal of Issai vruchtbare zaden kan voortbrengen bij zichzelf en of hij goed stuifmeel heeft voor andere rassen. Ik denk dat dit inderdaad niet het geval is.

De perzikken en abrikozen lijken bij mij nog echt in winterrust te zijn. Je ziet wel dat de omvang van de bloemknoppen toeneemt, maar dat is normaal. Ik verwacht nog geen schade opgelopen te hebben en ik hoop dat ze nog tot richting eind maart niet gaan bloeien. Ik denk dat de kans op vorst in april nog erg groot is, omdat er zoveel sneeuw in Europa ligt (dus maar even noord- of oostenwind). De amandelen waren wel al heel ver. Ik heb een aantal bloemen met roze bloemblaadjes die net uit de knop willen komen, maar ik hoop dat de vorst net op tijd was, zodat ik geen schade aan deze bloemen heb. Gelukkig zijn er ook nog heel wat bloemen die helemaal in de knop zitten. Ik vind de hoeveelheid knoppen bij de echte amandelen (ferranduel / ferragnes) tegenvallen (komt waarschijnlijk door de late vorst vorig jaar). De knoppen in de perzikamandelen zijn beter, hoewel ik Amanda ook vind tegenvallen. Robijn heeft gewoon veel knoppen. Ik krijg zo te zien nog geen knoppen in Lauranne, maar die heb ik ook pas net gezet. Ik ben benieuwd of ik veel krulziekte krijg, maar ik hoop het niet en anders dat de ziekte snel eruit groeit. Vooralsnog heb ik er meer vertrouwen in om vruchten aan de perzikken en abrikozen, dan om amandelen te krijgen.

Ik heb bij Vreeken zitten kijken, maar echt bijzondere rassen krijg je niet. Er zijn genoeg kwekers in Europa die net zo'n bijzondere rassen verkopen. Ik heb al wat rassen genoemd, maar er zijn nog veel meer rassen die interessant zijn. Issai heeft als voordeel dat je aan één plant zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen krijgt. Waarschijnlijk omdat issai een kruising is tussen Actinidia arguta en Actinidia polygama. Als het goed is zul je zien dat de productie van echte vrouwelijke planten uiteindelijk veel groter is, omdat issai veel mannelijke bloemen produceert. Er wordt gezegd, omdat er polygama bloed in zit, dat hij slecht andere bestuift, maar ik heb hem zelf ook naast twee vrouwelijke planten staan (nog geen ervaring of dit werkt). Ik vind de vruchten wel snel een hele parfumachtige smaak krijgen (licht indrogen of richting overrijp gaan / gebeurd snel in het najaar), wat hopelijk komt door het polygama bloed en de vruchten die dus erg parfumachtig zijn vind ikzelf niet lekker. Als ze perfect rijp zijn dan zijn ze heel lekker. Ik heb er een keer ijs van gemaakt en die was heel lekker. Gedroogd vond ik ze matig. Verder blijven de vruchten bij de schil vrij zuur en bij nieuwe rassen die ik koop probeer ik erop te letten op aanwijzingen dat het zuurgehalte niet te hoog is.

Het is wel goed bijhouden wat je hebt, maar op het bord ziet het er leuk uit en is het ook leuk omdat veel rassen toch net iets anders smaken. Het is wel zo dat het soms lastig aan een pootaardappel is te zien welk ras je nu eigenlijk hebt. Dus ik probeer heel netjes rij voor rij op te graven.

Ik hou van kruimige aardappels, dus dat zal wel goed komen. Ik hoop dat ze het goed doen. Ik moet de pootaardappels maar eens uit de zakjes gaan halen, om ze in ieder geval even te controleren. Ze staan koud, maar de luchtvochtigheid is er wel hoog. Vorig jaar waren ze door in het zakje te bewaren licht bedekt met een schimmellaagje (was niet in de schil gegaan), maar echt fijn was het niet. Ze waren verder erg klein en sommige rassen waren licht ingedroogd, dus hopelijk heb ik dit jaar goede pootaardappels gekregen.

Sorry de officiële naam is rouwvlieg (is eigenlijk wel een mug). Een volksnaam is compostvlieg, omdat ze van organische grond leven.

Het duur gauw 6 jaar voordat je een redelijk bakje kunt plukken. Als ze eenmaal gaan groeien dan gaat het snel. Ik zou naast issai nog twee vrouwelijke en één mannelijk ras kopen, want issai is niet het beste ras (heb hem zelf ook staan). Volgensmij is hij als bestuiver ook niet de beste daarom zou ik het andere mannelijk ras aanraden. Mijn kiwibessen zijn gelukkig nog in winterrust, hoewel ik helaas een ras gevonden heb die groene knoppen begint te vertonen. Ze moeten er echt nog minimaal een maand in blijven. Hopelijk wordt dit jaar beter. Ik ga dit jaar toch maar weer de collectie aanvullen met goede rassen, zoals Bingo, Cinderella, Honeybee (man)... In het najaar heb ik nog Vitikiwi geplant. Hopelijk gaan de rassen Red jumbo, Super jumbo, jumbo, Mirzan, Purpurna sadowa, Geneva, Kens red.... dit jaar beter groeien. Het zijn sterkte planten en als het weer twee jaar meezit dan zijn ze hopelijk wat sterker en krijg ik eindelijk vruchten. Dit jaar verwacht ik nog geen vruchten (planten zijn nog te klein). De grote planten heb ik bijna allemaal tot de grond afgeknipt, omdat ze nauwelijks groeiden (vorst en droogte) en de meesten hebben in het eerste jaar bij de voet van de plant vraatschade (veldmuizen) opgelopen. De muizen blijven nu van de planten af, omdat er genoeg alternatieven zijn. De planten gaan in het voorjaar hopelijk goed uitlopen en dan heb ik in één jaar een plant die hopelijk bijna net zo groot is (de slakken moet ik er dan wel afhouden). Dit is vorig jaar gelukt met één plant van Purpurna sadowa.

Vorig jaar is bij mij eigenlijk alles heel goed gekiemd (warm en zonnig voorjaar). Dit jaar is helaas vrijwel alles (paprika's, pepers en aubergines) slecht gekiemd en verder had ik veel last van compostvliegjes. De compostvliegjes komen door de bakken waar ik de zoete aardappelstekken in heb staan. Volgend jaar wil ik deze stekken vanuit zoete aardappels gaan telen en dan heb ik hopelijk de compostvliegjes niet meer. De larven van de vliegjes vreten kiemwortels. De grond lijkt te lang koud gebleven te zijn (15-20 graden). Ik heb ook zaden volgens de denomethode gezaaid en een stukje boven de verwarming gehangen, maar deze lijken het weer te warm gehad te hebben. Toch zijn twee goed gekiemd boven de verwarming. De schok van het verplanten leek voor de meesten dan wel weer te groot. Ik houd hopelijk een stuk of 30 planten over, maar dat is veel minder dan gehoopt (100). De rest van de planten koop ik dit jaar in bij de boerenbond/markt... Volgend jaar wil ik in ieder geval een verwarmingsmat, want ik denk dat dit ook veel scheelt. Dat gezegd het is ook te lang te donker gebleven. Van de gekochte zaden bij Vreeken (vijf rassen) heb ik slechts één ras redelijk goed opgekregen. Mijn eigen zaden zijn in verhouding veel beter gekiemd.

Het lijkt erop dat een aantal stekken van vorig jaar het gaan redden, maar ik ben er niet tevreden over. Ze zijn nogal zwak en wachten op meer licht en warmte. Verder heb ik twee zoete aardappels van de supermarkt (waren kleine / biologische) in een glas met water gedaan en beide beginnen scheuten te produceren. Volgend jaar ga ik ook gewoon wat zoete aardappels bewaren, om in het voorjaar uit te laten lopen (scheelt een hoop werk en stress). Ik wil dit jaar toch veel planten zetten en daarom heb ik heel wat stekken besteld (de winst zal dus wel tegenvallen / zoete aardappels zijn niet echt duur en de stekken wel). Ik vond de zoete aardappels van eigen teelt wel lekkerder en we waren blij dat we een heel ander product hadden. We gaan ze weer in cementbakken telen, maar dit keer wel buiten, omdat ze dan meer ruimte krijgen en de productie hopelijk groter is. 3.81.204. Ipomoea batatas (Zoete aardappel) kruid (12 rassen) (plusminus 42 planten / komen de stekken van de zoete aardappels in het water nog bij / lijken een stuk of vijf minimaal te worden) 644. Bonita kruid 3st Witte knollen met wat drogere structuur. Komt het dichtst bij gewone aardappels in de buurt. Goede opbrengst, ook in buitenteelten. Aantrekkelijk wegens de vaste structuur in tegenstelling tot de meeste zoete aardappels. Knollen van 500-600 g. 645. Burgundy kruid 3st Variëteit met de mooiste sortering van knollen! Knollen zitten wat verder van de plant vandaan. Opvallend fel-oranje knolvlees met goede smaak en vrij stevige structuur. Bijna uitsluitend knollen van 250-500 g en weinig zware knollen. Niet geschikt voor buitenteelt. 646. Evangelina kruid 5st Evangelina bildet leicht rotschalige, längliche Süßkartoffeln. Die Haut verblasst zu rosa bei Lagerung. Eine Knolle wiegt durchschnittlich 300g. Das Fleisch ist tief orangefarben, der Beta-Carotin-Gehalt ist im Vergleich zu Beauregard um 40% höher. Der Geschmack ist süßer als bei anderen Sorten. Bei Kostproben wurde Evangelina als beste Sorte eingestuft, wenn auch der Ertrag niedriger (z.B. im Vergleich mit unserer anderen orangefarbene Süßkartoffel Beauregard) ist. Um Süßkartoffeln zu verarbeiten gibt es viele Ideen, die schnelle und ausgefallenste ist Süßkartoffeltoast. Dafür etwa 1cm dicke Scheiben schneiden und in den normalen Toaster schieben. Wer keinen hat, kann die Scheiben auch im Backofen backen. Standort: Sonne, Halbschatten Lebensform: mehrjährig Wuchshöhe: 30cm 647. Garnet kruid 4st Enkel geschikt voor teelt onder glas/plastic. Geeft langwerpige knollen die dicht bij de basis van de plant groeien. Oranje knollen met oranje vruchtvlees. Zeer goed van smaak maar iets gevoeliger voor schurftige plekken op de schil. Hoge opbrengst van gemiddeld 2,5 kg per plant. Veel knollen van 0,5 tot 1 kg. Oranje knollen met oranje knolvlees. Geeft langwerpige knollen die dicht bij de basis van de plant groeien uit de eerste worteltjes. Hoge opbrengst van gemiddeld ongeveer 2,5 kg per plant. Zeer goed van smaak. Iets gevoelig voor schurftige plekken op de schil. Vooral bij deze soort van belang om jonge stekken uit te planten die nog niet teveel wortel hebben gemaakt in de pot, zodat mooie rechte knollen kunnen gevormd worden. Veel knollen van 0,5 tot 1 kg. Favoriete soort. 648. Tainung 65 kruid 9st De bekendste variëteit voor de buitenteelt. Sterke groeier met lange uitlopers. De knollen hebben een geaderde, rood paarse schil en crèmekleurig vruchtvlees. De gemiddelde opbrengst van de T65 is 3 kg per plant met opvallend forse (>1 kg) knollen. Uitplanten kan als de laatste kans op nachtvorst is verdwenen (half mei). Geef ze een zonnig plekje in de moestuin of (bij warmte minnende varianten) in de serre. Een plantafstand van 40 cm is voldoende. Telen op verhoogde bedden is niet noodzakelijk maar zorgt wel voor een hogere opbrengst. Een goed opgewarmde grond is bevorderlijk voor een vluggere groei na het uitplanten. Vanaf eind september duikt er jaarlijks een dilemma op in verband met het beste oogsttijdstip: oogst je te vroeg, dan zijn de knollen misschien nog wat klein; oogst je te laat, dan kregen de knollen wellicht te lage temperaturen te verwerken en bewaren ze slecht. Zelf oogsten we meestal rond half oktober, afhankelijk van de variëteit. Je kunt eens voorzichtig in de grond wroeten om te zien hoe groot de knollen al zijn. Weersvoorspellingen, muizenvraat en andere omstandigheden zijn soms ook een stimulans om al dan niet te oogsten. ‘Taining 65' heeft grote groeikracht en geeft in ons klimaat ook buiten knollen met een lichtroze huid en romig, lichtgeel knolvlees. 649. Witte van ecohoeve kruid 5st (redelijke opbrengst) Witschillige knollen met creme knolvlees. Mutant van T65 uit 2013. Uitermate geschikt voor onbeschutte buitenteelt. Hoge opbrengst. 650. 'Speckled Purple' kruid 2st Bataat met donkerrode schil en paars knolvlees. Ook redelijke opbrengst in onbeschutte buitenteelt. Handzaam formaat knollen. 651. 'Erato White' kruid 2st Productieve soort met forse knollen en een hoge opbrengst. Knollen worden ook wat verder van de plant gevormd. Roze schil en cremekleurig knolvlees. Korte groeiduur en dus zeker ook geschikt voor onbeschutte buitenteelt. Zeer hoge opbrengst bij teelt onder glas/plastic. Aanrader! 652. 'Molokai' kruid 2st Productieve donkerpaarse bataat met langwerpige knollen. De dunne knollen kunnen een lengte van 0,5 m bereiken. Heeft een vrij lang groeiseizoen nodig maar kan ook buiten een zeer hoge opbrengst opleveren. Kan opvallend goed tegen koude. Bijzonder donkerpaars knolvlees dat stevig is van structuur. Sterke groeier met licht behaarde bladeren en stengels. Voorheen in de collectie als 'purple 1'. 653. 'Jewel' kruid 2st Nieuw in de collectie. Gewas met fijne, dunne stengels, dat gemakkelijk in bloei komt. Op basis van de groei in 2017 een veelbelovende soort met potentie voor de teelt buiten. Mooie oranje knollen van handzaam formaat. Lijkt een beetje gevoelig te zijn voor barsten. Geel-oranje vlezig en bijzonder smeuïg van structuur na bereiding. 654. 'Orleans' kruid 3st Zeer productieve soort met hoge opbrengt. Gewas lijkt zeer sterk op Beauregard. Zeer geschikt voor teelt buiten wegens kort groeiseizoen. Knol oranjevlezig met lichte kastanjesmaak. Zeer grote knollen tot 2 kg, zeker bij teelt onder glas. Gemiddelde opbrengst van meer dan 2 kg/plant. Aanrader voor buitenteelt. 655. 'PurpleTwo' kruid 2st Paarse zoete aardappel verkregen in Polen. Geaderde rood-paarse schil. Fors gewas met zeer grote bladeren. Komt gemakkelijk in bloei. Zeer hoge opbrengst tot ruim 50 ton/ha. Geschikt voor buitenteelt maar kan gevoelig zijn voor barsten en knolrot bij natte onstandigheden, daarom beschutte teelt toch meer aangewezen.

Wij gaan weer veel rijen aardappels planten (40-50 rijen van 6 meter). We proberen vooral resistente rassen tegen phytophthora te planten. Toch hebben we paar rassen (zijn gewoon heel mooi), die minder goed resistent zijn. We hebben pootaardappels gekocht, maar hebben ook zelf pootaardappels overgehouden. Onze eigen pootaardappels doen het meestal beter, omdat we het uitdrogen en te vroeg spruiten beter kunnen tegenhouden. Ze zijn op dit moment nog onder de grond in een ton in een licht vochtige zaaiaarde ingekuild. De gekochte aardappels zitten op dit moment nog in de papierenzakjes in het doosje, wat we van LevenvanhetLand hebben ontvangen. Ik leg ze dit jaar niet te vroeg uit om te kiemen, omdat ik ze niet te vroeg wil planten (late vorst van vorig jaar heeft heel wat productie van sommige rassen gekost). Onze eigen aardappels hebben we in het najaar getest door goed naar de kleur te kijken, te voelen (zachte plekken / moeten echt hard zijn) en eraan te ruiken (mogen niet zurig ruiken). In het voorjaar doen we dezelfde test en letten we bij het kiemen erop dat de aardappel niet op één van de drie aandachtpunten faalt. We gaan de volgende rassen zetten: 3.88.210. Solanum tuberosum (Aardappels) (34 rassen) 666. Alouette 25st Middenlaat (gekocht) Alouette is een middenlaat, roodschillig ras met een hoge opbrengst. Resistent tegen de phythofthora en redelijk vast in de kook is. De Alouette is prima geschikt om te koken en te bakken. Goed te bewaren. 667. Apache 25 st Midden (gevoelig phytophtora) (eigen / kijken of ik ze ga zetten) Middentijds rijpend De minimale plantafstand is 60x40cm, wij adviseren om 70x40cm aan te houden.(1986) Ouders: TSKO x Wiljo. Een bijzondere verschijning: warmrode schil met grote crèmekleurige vlekken rond de ogen. De knollen zijn meestal vrij klein en rond. Schrob ze schoon en kook of rooster ze met schil en al voor een prachtige aardappelschotel! De vrij vaste structuur en uitstekende, bijna zoete, boterachtige, kastanjesmaak verwennen de tong!, Nederlands ras van J.P.G. Könst. Is lekker voor chips. 668. Bergerac 5st Laat (gekocht) Een verbeterde versie van de Vitelotte noir. Vroeger oogstbaar, minder diepe ogen en een gezondere plant. Typerend is de witte ring net onder de schil. 669. Bevelander 10st Middenlaat (gekocht) Een topper uit de vorige eeuw (introductie 1925) met een onovertroffen smaak. De knollen zijn onregelmatig, rond-ovaal van vorm met vrij diepe ogen. 670. Bionica Middenvroeg (eigen) Een middenvroeg ras betekent dat deze vanaf augustus oogstbaar is. Enkele weken vervroegen lukt door vroeger te planten. De planttijd is vanaf april. De minimale plantafstand is 60x40cm, wij adviseren om 70x40cm aan te houden. Ouders: Pentland Ivory x CMK1988-169-005. Weer een ideale aardappel voor de biologische teelt vanwege grote resistentie tegen de aardappelziekte (Phytophthora). De ovaalronde knollen zijn redelijk vast in de kook met veelzijdige toepassingen. Vanwege het witte knolvlees een typische telg van de rijksmakende Engelse aardappelfamilie! Scoort ook in andere ziekteresistenties hoog! 671. Blaue elise 5 stuks Middenvroeg (slechte productie / goede smaak / heel mooi) (eigen) Langwerpige, goed smakende aardappel die echt helemaal diep paars van kleur is. Afkomstig uit Duitsland. Middenvroeg afrijpend. 672. Blaue st Galler 10 stuks Middenvroeg (gekocht) Een vrij nieuw ras uit Zwitserland. Zowel de schil als het vruchtvlees zijn paars/blauw. Het is een redelijk vastkokende aardappel en de kleur blijft na het koken behouden. 673. Carolus 25st Middenvroeg (gekocht) Een nieuw ras wat resistent is tegen Phytophthora in het loof en in de knol. Middenvroeg en rond ovaal van vorm. Het is een vrij kruimige aardappel met een gele vleeskleur. Kenmerkend voor deze aardappel zijn de lichtrode ondiepe ogen. De Carolus is vernoemd naar Carolus Clusius die rond 1588 de aardappel voor het eerst teelde in in de Hortustuinen van Leiden. 674. Catriona Middenvroeg (eigen) Een middenvroeg ras betekent dat deze vanaf augustus oogstbaar is. Enkele weken vervroegen lukt door vroeger te planten. De planttijd is vanaf april. De minimale plantafstand is 60x40cm, wij adviseren om 70x40cm aan te houden. (1920) Een zeldzaam geworden ras met ovale vorm. De crème-witte schil is royaal purper gevlekt rond de ogen: decoratief! De goede, sterke smaak komt het best tot zijn recht na directe consumptie; de bakkwaliteit is uitmuntend. Tip: heerlijk als puree. 675. Concordia 20 stuks Midden (goed ras) (eigen) Afkomstig uit Duitsland met een gladde gele schil en prachtig rond ovaal van vorm. Licht kruimig in de kook, een perfecte tafelaardappel. Weinig gevoelig voor Phytophtora. 676. Connect 5st Middenlaat (gekocht) Connect is een nieuw, middenlaat ras. Rond ovaal van vorm met zeer vlakke ogen en vrij kruimige aardappel. Deze aardappel is zeer weinig vatbaar voor Phythofthora in het loof en in de knol. Zeer goed bewaarbaar en een hoge opbrengst. Een prima consumptie aardappel. 677. Ditta 10st Middenvroeg (gekocht) Ditta is een middenvroeg ras. De knollen zijn langovaal en geel van kleur. Een lekkere vastkokende aardappel die iedere keer weer goed uit de smaaktest komt. De phytophthora resistentie in het loof is vrij goedl. Zeer goed bewaarbaar en resistent tegen aardappelmoeheid. Advies planttijd is April. 678. Friese geeltjes Vroeg (eigen) FIJNPROEVERS. Een vroeg ras betekent vooral dat deze snel groeit en dus vroeg oogstbaar is. De planttijd is eigenlijk tegelijk met latere rassen (april). Om extra vroege oogst te krijgen worden deze rassen echter vaak vroeger geplant (half maart met bescherming van folie of zelfs vanaf januari onder glas). De vroege rassen hebben minder snel last van de gevreesde aardappelziekte (Phytophthora infestans). Hoewel de epidemie steeds vroeger optreedt: ruim planten en kali bemesten. De minimale plantafstand is 50x40cm, wij adviseren om 60x40cm aan te houden. Heerlijke aardappel, vrij klein en geel van kleur, 15-25 opbrengst per plant en de smaak is raak! “Minstens zo lekker als de Opperdoezer Ronde” zeggen de Friezen… De oorsprong is niet met zekerheid te achterhalen. Misschien is het al een oudje uit het begin van de 18e eeuw, meegenomen door vervolgde doopsgezinden, die (op drift geraakt) zich in Surhuisterveen vestigden. Een andere mogelijkheid is de verwantschap met het Berlikumer Geeltje, dat rond 1890 door van der Werf werd geteeld. In elk geval is jarenlang de bakermat in de Noardlike Wâlden (Noordelijke Friese Wouden) geweest. Opvallend was en is de goede ziekteweerstand, inclusief de aardappelziekte. De plant is vrij open van groei met smal blad, droogt dus snel na regen en rijpt ook snel af. De knollen kunnen vrij dicht op elkaar geplant worden. Hoewel de oogst vroeg is kunnen de knollen lang bewaard blijven met behoud van smaak. Bakken en koken leidt beide tot lekkernijen! een zeer oud ras uit Friesland. Doet het goed om zand- en venige gronden. Ook een erg vroeg ras dat een behoorlijke hoeveelheid wat kleinere aardappels produceert. Qua structuur zijn ze vrij vast, dus goed geschikt om te bakken en in de oven maar gekookt zijn ze ook prima. 679. 'Frieslander' 10st Laat (gekocht) (1990) Ouders: Gloria x coderas. Kruimig in de kook, zeer goede smaak. Vanwege zeer hoge opbrengst iets ruimer planten. Voor klei- en zandgrond. Resistent tegen aardappelmoeheid en weinig vatbaar voor phytophthora in de knol. Maat 28/40 bevat ± 90 knollen per 2,5 kg, ze geven 7 stengels per 2 knollen en kunnen op 20 m² worden uitgeplant. 680. Kaneelpotatis 10st Midden (goed) (eigen) oud ras uit Finland, vergelijkbaar met de mandelpotatis. Zoals de mandelpotatis licht naar amandalen smaakt proef je bij de Kaneelpotatis met enige fantasie kaneel. 681. Kestrel 10 stuks Vroeg (goed) (eigen) Een vrij nieuw Engels ras met gele schil en paarse ogen, ook populair in Australië. Licht kruimig en dus geschikt voor koken, bakken, pureren etc. Het is een sterk ras en de oogst is redelijk vroeg. 682. Liivi kollane 10st Zeer laat (gekocht) De Liivi kollane is een ras uit Estland en net als de Allians vastkokend. Draagt dezelfde naam als een bekend pruimenras vanwege de pruimvorm van de knol. Wat erg prettig is bij dit ras is de goede resistentie tegen phytophtora. Gele schil en vruchtvlees. Laat afrijpend. 683. Mandelpotatis 25st Midden (eigen) Maar weinig aardappels hebben hun oorsprong in Scandinavië maar de Mandelpotatis komt uit Finland. Deze aardappel smaakt volgens kenners naar amandel. Of dat zo is moet ieder zelf beoordelen maar lekker is 'ie zeker. De mandelpotatis is een langwerpige, beetje peervormige vaste aardappel, vergelijkbaar met de franse beroemdheden Ratte d'Ardeche en Roseval. Gevoelig ras. 684. Mayan Gold Solanum phureja 40st zeer laat (Goed / lopen wel heel vroeg uit) (eigen) Een aardappel, die geen aardappel is! Alle aardappelen, die we tot nog toe kennen, zijn Solanum tuberosum, maar deze is een Solanum phureja. In de hogere delen van de Andes, in Bolovia, groeit de Solanum phureja in een verscheidenheid van cultuurrassen, die al eeuwen daar geteeld worden. Een Schots bedrijf is er in geslaagd om voor ons klimaat geschikte rassen te ontwikkelen. Deze langwerpige gele aardappel is stevig van structuur en heeft een unieke notige smaak met een droge textuur. Minder geschikt om te koken, omdat hij snel uit elkaar valt. Zeer geschikt voor stomen, bakken, friet en chips. De aardappelen koken in tweederde van de normale kooktijd, zo'n 10 min. nussiger geshmack mit cremiger, aber trockner textur durch einen sehr nussig-cremigen Geschmack und durch eine deutlich kürzere Kochzeit. Een hoofdteelt ras betekent dat deze vanaf september oogstbaar is. Enkele weken vervroegen lukt door vroeger te planten. De planttijd is vanaf april. De hoofdteelt rassen kunnen last krijgen van de gevreesde aardappelziekte (Phytophthora infestans). Enkele preventieve maatregelen zijn: ruim planten, met patentkali bemesten, geen water sproeien over de plant en eventueel biologisch spuiten met zwavel of silinal. De minimale plantafstand is 70x40cm, wij adviseren om 80x40cm aan te houden. Eerst een paar kreten om je nieuwsgierig te maken: ongeëvenaard van smaak, stevig van structuur, prachtig oranjegeel knolvlees en al na 10 minuten gaar! In Bolivia staat deze aardappel bekend als “papas amarillas” = gele aardappel en zijn (ook daar) zeer geliefd om de smaak. Eigenlijk is de naam ‘Mayan’ niet terecht: ‘Inca Gold’ was beter geweest, de knollen groeien van oorsprong namelijk niet in het Mayan-gebied... Deze zeldzame aardappel is naast stevig ook zeer wasachtig en notig van smaak, gecombineerd met een droge textuur. De knollen lenen zich voor koken, bakken, (dunne) chips en frituren. Het is geen bewaaraardappel, dus meteen beginnen met smullen! De meeste van onze aardappels stammen af van Peruaanse en Zuid-Chileense soorten (Solanum tuberosum). In de hogere delen van de Andes, in Bolivia, groeit de Solanum phureja in een verscheidenheid van cultuurrassen, die al eeuwen daar geteeld worden. Het is de Scottish Crop Research Institute gelukt om voor ons klimaat geschikte rassen te ontwikkelen. Vanwege de unieke smaak en kleur zeer geliefd bij de nieuwsgierige en zich vernieuwende kok! Kook ze voorzichtig op laag vuur ongeveer 8 minuten, daarna afgieten en in een afgesloten pan laten nagaren. Het uiterlijk van de planten: ze groeien vrij breeduit, geef ze dus de ruimte, bloeien sierlijk paars en dragen typerend smal, gerimpeld blad. 685. Noordeling 25 st Middenlaat (slecht) (eigen) Een prachtig oud ras (1928) uit het hoge Noorden (G.S. Mulder te Warffum). Het is een middenvroege tot middenlate consumptieaardappel met een zeer goede smaak. Vrij weinig vatbaar voor Phytophthora in het loof en knol. Het vruchtvlees is lichtgeel van kleur. Midden laat rijpend, zeer geschikt voor vruchtbare zandgrond. 686. Poulsen July 10st Vroeg (gekocht) Nog een aardappelras uit Scandinavië, de Poulsen July geteeld sinds begin vorige eeuw Zoals de naam al zegt is dit een vroeg rijpend ras, als je op tijd poot oogst je in juli. Lekker vastkokend! 687. Purple Viking 10st Midden (hele mooie aardappel / groot / redelijke opbrengst) (eigen) Een prachtige grote paarse heirloom aardappel uit de VS. Zeer vroeg ras met supergrote, bijna ronde prachtig paars gevlamde aardappelen die van binnen bijna wit zijn. Hele goede aardappelen om te poffen in het kampvuur/barbecue of voor puree. 688. Raja 10 st Laat (eigen) Raja is een middenlaat, roodschillig ras met een hoge opbrengst. Prima geschikt om te koken (een beetje kruimig) en te bakken. Zoek je een aardappel voor de winteropslag dan is de Raja een goede keus. De phytophthora resistentie in het loof is vrij goed en in de knol zeer goed. Let op, deze aardappel is gevoelig voor stootblauw, behandel ze voorzichtig. 689. Rode eersteling 10st vroeg (eigen) Een vroeg ras betekent vooral dat deze snel groeit en dus vroeg oogstbaar is. De planttijd is eigenlijk tegelijk met latere rassen (april). Om extra vroege oogst te krijgen worden deze rassen echter vaak vroeger geplant (half maart met bescherming van folie of zelfs vanaf januari onder glas). De vroege rassen hebben minder snel last van de gevreesde aardappelziekte (Phytophthora infestans). Hoewel de epidemie steeds vroeger optreedt: ruim planten en kali bemesten. De minimale plantafstand is 50x40cm, wij adviseren om 60x40cm aan te houden. (1942) Heel af en toe kunnen we aan dit zeldzame ras komen, de roodschillige Eersteling. Net als zijn gele broertje een zeer vroeg ras, teelt u deze beauty voordat het te laat is… De aardappels zijn lekker (en) bloemig, niet geschikt om mee te bakken, der opbrengst kan enorm zijn! een oud en erg vroeg ras met een mooie rode schil, als 1 van de eerste aardappelen oogstrijp. Jong geoogst zijn ze vrij stevig. Hoe later ze geoogst worden hoe kruimiger ze worden. Voor een zo vroeg ras is de bewaarbaarheid erg goed. 690. Rode Pimpernel 10st Zeer laat (slechte planten en opbrengst / goede smaak) (eigen) De Rode Pimpernel is sinds begin jaren 50 van de vorige eeuw op de markt. Het is een rond-ovale aardappel met een rode schil en geel vruchtvlees. Een lekkere aardappel, los in de kook en goed te bewaren. De Pimpernel is een late aardappel, zeer weinig vatbaar voor Phytophthora in blad en loof. Ook geschikt voor de wat drogere zandgronden. Laat rijpend. 691. 'Sarpo Mira' 50st Zeer laat (eigen) Omdat de aardappelplant veel aangeboden stoffen in zijn knollen opslaat, is het voor de principiële biologische kweker belangrijk om “schoon” biologisch uitgangsmateriaal te hebben. Een hoofdteelt ras betekent dat deze vanaf september oogstbaar is. Enkele weken vervroegen lukt door vroeger te planten. De planttijd is vanaf april. De hoofdteelt rassen kunnen last krijgen van de gevreesde aardappelziekte (Phytophthora infestans). Enkele preventieve maatregelen zijn: ruim planten, met patentkali bemesten, geen water sproeien over de plant en eventueel biologisch spuiten met zwavel of silinal. De minimale plantafstand is 70x40cm, wij adviseren om 80x40cm aan te houden. Een veelbelovende Hongaarse aardappel met wit knolvlees en rozerode schil. De resistentie tegen aardappelziekte (Phytophthora infestans) is opvallend! Soms lijkt er een aantasting te ontstaan, maar de plant groeit er weer gezond doorheen zonder de ziekte door te geven in de knol. Voldoende vocht en voeding resulteert in een grote oogst, minder van beide verbetert de smaak echter wel! De knollen zijn tamelijk stevig, iets bloemig en daardoor is de aardappel veelzijdig inzetbaar: koken, bakken, pureren en salades. De stevige, rechte groei draagt bij aan de ziekteresistentie. This late maincrop variety has it all - unprecedented blight resistance, good slug resistance, vigorous weed suppressing foliage, and it grows well in a wide range of soils. Potato 'Sarpo Mira' produces huge yields of tasty, floury tubers that have a long storage potential. A real all-rounder for all cooking purposes. Height and spread: 60cm (24"). 692. Rosalinde 25 stuks Middenvroeg (opbrengst valt tegen) (eigen) De Rosalinde (wordt ook Rosemarie genoemd), een middenvroege aardappel uit Duitsland. Het is een vastkokende, vroege aardappel met een fijne smaak. 693. Rosara 25 stuks zeer vroeg (eigen) Vroeg te rooien langwerpige aardappel met rode schil en vrij vastkokend geel vruchtvlees. Uitstekende smaak en resistenties tegen de meeste aardappelziekten. 694. Sarpo Blue danube 40 stuks vroeg (Redelijk / kruimelig) (eigen) Prachtig van kleur met wit vruchtvlees. Het is een vrij vroege aardappel met een matige resistentie tegen de aardappelziekte in het blad maar een uitstekende resistentie in de knol. 695. Sarpo kifli 20 stuks Middenvroeg (eigen) Net zoals de andere Sarpo soorten is ook de Kifli goed bestand tegen Phytophtora. Een zeer smakelijke aardappel, vast in de kook. 696. Sarpo una 50 stuks Vroeg (goed ras) (eigen) Zusje van de beroemde Sarpo Mira. Heeft bijna dezelfde resistentie tegen Phytophtora maar is vroeger oogstbaar. 697. Schwarze ungarin 5 stuks Middenvroeg (gekocht) Verrassende aardappel uit Hongarije (voor 1900). De vrij kleine knollen hebben een diep donkerpaarse schil en het vruchtvlees is helder geel, bijna wit. Loskokende aardappel. De oogst is middenvroeg. 698. Texla 20st Laat (eigen) Een hoofdteelt ras betekent dat deze vanaf september oogstbaar is. Enkele weken vervroegen lukt door vroeger te planten. De planttijd is vanaf april. De hoofdteelt rassen kunnen last krijgen van de gevreesde aardappelziekte (Phytophthora infestans). Enkele preventieve maatregelen zijn: ruim planten, met patentkali bemesten, geen water sproeien over de plant en eventueel biologisch spuiten met zwavel of silinal. De minimale plantafstand is 70x40cm, wij adviseren om 80x40cm aan te houden. (1992) Ouders: Arka x coderas. DE EERSTE VOLKOMEN AARDAPPELZIEKTEVRIJE PIEPER ! U leest het goed: Phytophtora lijkt geen vat te krijgen op deze ideale rode aardappel. Geen snelle bemesting geven, dit ras moet rustig en gestaag groeien. Tamelijk vast in de kook. Geschikt voor klei en zand. Resistent tegen aardappelmoeheid A. Maat 28/40 bevat ± 90 knollen per 2,5 kg, ze geven 7 stengels per 2 knollen en kunnen op 20 m² worden uitgeplant. Een klant schreef ons eind september 2014: “Ik heb dit jaar voor het eerst de aardappelziektevrije Texla aardappel als proef geteeld. Ik heb 'm zo lang mogelijk laten staan en pas dit weekend geoogst. Alhoewel het loof gedurende de teelt wel last had van aantasting hebben de knollen er nagenoeg geen nadelige gevolgen van gehad. Ik heb slechts 4 aardappelen aangetroffen die aangetast waren (ik had 2,5 kilo pootgoed geplant). Ik heb een mooie oogst (zie plaatjes). Een geslaagde proef dus.” 699. Vitabella 10st Middenvroeg (gekocht) Vitabella is een middenvroeg ras en is ovaal van vorm. Het is een lekkere vastkokende aardappel met een gele vleeskleur. Lichtpaars bloeiend. Vitabella is sterk tegen Phythofthora in het loof én in de knol. Let bij dit ras op de bemesting, die moet goed zijn. In droge periodes water geven, dat doet de Vitabella goed.

Duindoorn zijn windbestuivers, dus ze kunnen ver van elkaar geplant worden, zolang het stuifmeel maar overal bij kan komen. 68. Altajskaja (vrouw) struik 1st (heerlijk) Süße Sanddornsorte ALTAJSKAJA ist ein universeller Sortentyp für frischen Verzehr direkt aus dem Strauch und auch für den Plantageanbau mit mechanisierter Ernte geeignet. Vorteile sind großfrüchtigkeit, ausgezeichneter sauer-süßer Geschmack und Dornrnlosigkeit. Herkunft: Kreuzung im Jahre 1981: Elite 30-61-1487 (Scerbinki-1 х Katunsky ekotyp). Züchter: E.I. Pantelejeva, T.M. Pletneva. In den russischen Sortenregister im Jahre 1997 eingetragen. Dornen: vernachlässigbar, fast keine, schwache Dornenlosigkeit erleichtert die Ernte Früchte: lecker, groß, mittlere Gewicht 1g, oval, orange, Schale mäßig fest. Der Zuckergehalt von 9,71%, 1,14% Säure, Vitamin C 84,5 mg / 100 g Öl 5,2% Ertrag: mäßig hoch. Ersten Ertrag bringt die Sorte 4 Jahre nach der nach der Pflanzung. Reife: Ende August 69. Askola ® (vrouw) struik 1st A fast-growing, 4 to 5 m tall shrub, fruiting densely and in abundance; fruits deep orange, medium-large, oval to cylindrical, ripening from end of August, rich in fruit acids, vitamin C and E; especially suitable for the processing of vitamin-rich beverages; brought into trade by H.-J. ALBRECHT, Berlin, in 1990. Suitable pollinators: Pollmix 1, 4. D, H, St. Zone 4. Protected cultivar SAN 4 - unauthorised propagation prohibited! 70. Dorana ® (vrouw) struik 1st A slow to medium-fast-growing, relatively small cultivar with few suckers; fruiting shoots heavy laden with berries that retain their colours through winter; fruits medium-large, deep orange, relatively easy to pick - a cultivar with a relatively early ripening season and with the highest vitamin C-content; suitable for planting in house gardens; brought into trade by H.-J. ALBRECHT, Berlin, in 1990. Suitable pollinators: Pollmix 1, 3, 4. D, H, St. Zone 4. Registered trademark 30527758. Cultivar protected under trademark rights! 71. Leikora (vrouw) struik 1st (is waarschijnlijk toch een man / verkeerde verkocht gekregen) Ein unregelmäßiger 3-4,5m hoch wachsender Strauch. Die Blätter sind weidenähnlich, lanzettförmig, silbrig grau. Blüten grünbraun, III-IV, Früchte saftig, sehr hohe Vitamin C-Konzentration in gelb-orange, gut schnittverträglich, frosthart. 'Leikora' is een rijkdragend vrouwelijk ras met smal zilver blad. De bessen zijn zeer rijk aan vit CAEKB... en geschikt voor consumptie maar je kunt ze ook voor de vogels laten hangen. Ze blijven dan tot eind januari kleurrijk. 72. Pollmix (man) struik 2st Sanddorn männlich 'Pollmix' - Hippophae rhamnoides 'Pollmix' Ein unregelmäßiger, aufrecht wachsender 2-3 m hoch wachsender Strauch. Die Blätter sind weidenähnlich, lanzettförmig, silbrig grau. Seine Blüten sind unscheinbar grün-braun im März und April. Er ist eine rein männliche Sorte und trägt keine Früchte, ist aber ein sehr guter Pollenspänder für die weiblichen Sorten z.B. Leikora, Hergo, Frugana, Dorana, Askola. Er verträgt gut einen Rückschnitt, ist frosthart und sonst anspruchslos. Ein Pollmix befruchtet optimal bis zu 6 weibliche Sanddorn. Besonderheiten: Pollenspender für weibliche Sorten, kann Wurzelausläufer bilden 73. Sirola ® (vrouw) struik 1st A rather robust cultivar with columnar growing habit, only slightly thorny, and few root runners; hybrid by H.-J. ALBRECHT, Berlin, originating out of a cross between a Siberian cultivar and H. r. Pollmix; fruits large (100 fruits = 52 g), longish oval to cylindrical, silver-grey scales found only at the tip, red-orange, pleasantly sweet, fruit stalks rather long, allowing easy picking, ripening end July to early August. A cultivar that is highly recommended for private gardens due to its fruit colours, pleasant taste and early ripeness. Suitable pollinators: Pollmix 1, 5. D, H, St. Zone 4. Under federal protection SAN 10.

Ik heb twee Nashi peer rassen. Een ras is productief en sappig, maar is eigenlijk niet echt lekker. De andere is dit hopelijk wel lekker (nog erg jong), maar ik moet hier nog een andere ras naast zetten. In het verleden heb ik meer rassen gehad, maar ze waren allemaal een teleurstelling. Weet iemand een kweker die gespecialiseerd is in Nashi peren? Ik zou heel graag de Korean Giant kopen. Deze is in Amerika beschikbaar. In Europa lijken alleen hele kleine rassen met een matige tot slechte smaak te koop te zijn. Weet iemand rassen die zoet, niet te korrelig, sappig en relatief groot zijn? Ik ben met name in rassen met een gele schil geïnteresseerd.

Alliums zijn hoe dan ook goede nectarplanten. Sommige alliums zijn geliefd bij honingbijen (dan moet je in ieder geval veel van één soort hebben).

Ik teel al een aantal jaren daslook in de tuin en gestaag krijgen we grote plakkaten. Je kunt maximaal één blad per plant oogsten, wanneer je de plant niet wilt doden. Zaailingen hebben 3-4 jaar nodig om volwassen te worden. Jonge daslook is heerlijk. De oudere bladeren worden te stug en sterk van smaak. Ik vind kraailook ook te stug om te oogsten. Egyptische look is een scherp uitje. Goede smaak maar ze zijn wel klein. Mijn plant is helaas nog klein, maar mijn moeder heeft jarenlang grote sterke planten gehad. Pijplook (Allium fistulosum) is ook een leuke soort om te hebben. Ik moet wel toegeven dat ik nog aan het wachten ben op een grote sterke plant. Goudlook en veel andere kleinere allium's zijn te gevoelig om te kunnen oogsten. Ze lenen zich dus meer voor de sier. Ik heb ook oerprei staan, maar ik vind het nog altijd geen gemakkelijke plant. Hij is nog klein, maar ze groeien niet echt hard en kunnen niet veel concurrentie hebben.

mijn excuus. Ik bedoel inderdaad een wilde Tamme kastanje. Een wilde Tamme kastanje bestuift de gecultiveerde rassen prima. Als het een wilde is zou je twee cultivars er vlak naast kunnen zetten en zodra de twee boompjes redelijk groot zijn, zou je de wilde kunnen omhakken en dan hou je er in ieder geval waardevol hout aan over. Je zou er dan zelfs voor kunnen kiezen de boom weer uit te laten lopen en na 10 jaar de stammen er weer vanaf te halen (hakhout). Ik bedoel niet de Witte paardenkastanje (ander geslacht en giftig).

Lijkt gewoon een wilde kastanje. Je hebt veel onbevruchte vruchten gehad, dus daar heb je niets aan. Bij een cultivar heb je hooguit 3 goede kastanjes in 1 bolster en ik heb liever 1 hele grote dan drie middelgrote. De wilde heeft piepkleine vruchtjes (meestal meer per bolster), die ook minder zoet zijn. Ik zou deze zelf niet gaan schoonmaken.

Bij ons gaan de honingbessen ook goed. De knoppen zwellen wel op, maar er is nog geen enkele echt uitgelopen. Vorig jaar had ik één plant in december al bloemen (heeft wel vruchten gehad in de zomer). Gelukkig heb ik al veel plantjes die ik vorig jaar in het voorjaar geplant heb teruggevonden (verstopt tussen het gras). Ze hebben de 6 maanden droogte dus goed overleeft. Ik hoop dat ze goed groeien. Ik heb wel geen idee of ze het allemaal overleeft hebben. In het voorjaar plaats ik stokken bij de plantjes (kinderen trekken ze er waarschijnlijk wel weer uit), zodat ik minder hoef te zoeken. Hopelijk groeien ze goed, zodat ze wat meer boven het gras uitsteken. Het zijn in ieder geval ontzettend sterke planten. De oudere struiken zijn ontzettend mooi geworden (rond 1m in diameter), dus hopelijk krijgen we redelijk wat vruchten. Ik heb ook twee wilde honingbessen en deze zijn inderdaad heel bitter (onaangenaam). De gecultiveerde zijn gelukkig helemaal niet bitter, maar iets zuurder dan zoet (vinden wij lekker).

Laagstam zullen het zeker overleven, maar de terugslag die ze krijgen leidt er niet toe dat het zich loont. Je zult ze ook moeten snoeien. De boompjes dragen daarbij pas vanaf 3-4 jaar en met de terugslag 5-6 jaar. Dan heb je dus hooguit één jaar winst. Als de terugslag erg is doordat er iets fout gaat dan duurt het misschien nog langer dan wanneer je gewoon een laagstam over drie jaar in de grond zet. Hoogstam loont zich wel, omdat deze veel langer nodig hebben, maar ook bij hoogstam moet je goed nadenken of het zich wel loont.

Ik zie bij veel van onze planten knoppen vormen. Ze zullen pas over een paar maanden bloeien, maar in ieder geval krijgen we zo te zien voldoende bloemen. Ik denk dat de planten - die nu het derde jaar ingaan - ook al beter geworteld zijn en de winter is heel nat geweest, waar pawpaw's van lijken te houden. Hopelijk krijgen we de eerste pawpaw's. Ik verwacht dat de meeste boompjes nog 3-4 jaar nodig hebben, maar een stuk of 10 zouden komend jaar al één of twee vruchten kunnen dragen. In het voorjaar ontvangen we als het goed is nog 3 Ithaca pawpaw's (ben benieuwd), dan zouden we echt meer dan genoeg goede rassen moeten hebben om een mooie oogst te mogen verwachten in de komende jaren (rond de 60 boompjes). Ik ben benieuwd hoe groot de smaakverschillen tussen de verschillende rassen zijn en hoe productief de boompjes uiteindelijk worden. Ik probeer van het slechtste uit te gaan dan kan het altijd meevallen. We weten vrijwel zeker dat we de smaak lekker zullen vinden, want we vinden ook veel tropische vruchten, zoals Durian lekker. Interessant om te zien is dat de boompjes zichzelf snoeien. Als een tak te inefficiënt is dan maakt het boompje aan het begin van de tak een kurkweefseltje en de tak valt dan binnen een jaar in zijn geheel er heel netjes vanaf (bij de geringste aanraking).